De Televisie
Een vogel zong zijn mooie lied in een boom waardoor ik opkeek van de stoeptegels en zo een jongen bij de geopende achterbak van een boodschappenformaat BMW zag staan. Zijn moeder stond erbij en keek ernaar en zei iets als ‘Voorzichtig jongen’, op een manier zoals alleen moeders dat kunnen, en met moeders bedoel ik dan ook álle moeders die op deze aarde rondlopen en Nederlands spreken.
Haar jongen tilde een enorme televisie uit de auto. Het was ongetwijfeld de televisie van de jongenskamer die hij op deze dag aan het verruilen was voor de kamer waar hij aan de rest van zijn leven begon. Het zou een leven gaan zijn zonder bezorgde moeder, maar in elk geval met zijn enorme televisie.
Toen de televisie en de jongen naar de voordeur zag lopen moest ik denken aan de televisies die ik zelf heb gehad en dat ieder exemplaar zijn eigen herinneringen en levensfase had.
Het kleine zwarte vierkante dingetje dat ik op mijn zolderkamertje had staan, bijvoorbeeld. Ik moest al slapen maar keek nog naar de Champions League, naar Raúl en Michael Owen en Rafael van der Vaart en nog meer mensen die ik graag wilde zijn. Later kreeg ik een grijze, met ingebouwde videorecorder, maar ik geloof niet dat ik ooit van die recorder gebruik heb gemaakt.
Op mijn eerste studentenkamer in Zwolle stond een enorm gevaarte van Philips, met beeldbuis en al, het was het afdankertje van mijn ouders en wie was ik om dat ding dan niet te adopteren. En daarna kwamen nog meer en ze werden platter en scherper en duurder en je kon er Netflix op kijken met je vriendin of gewoon voetbal met je vrienden.
Uiteindelijk is het bij welke verhuizing dan ook toch je pronkstuk. In elk geval bij mij en bij die jongen die ik zag. Als laatste in de auto, als eerste in je kamer. Dan staat-ie maar vast. Je ouders roepen: kom je helpen?, maar dat kan straks ook nog. Eerst de televisie. Kabeltjes erin. Doet-ie het? Hij doet het. ‘Ik kom! ’
En dan is het je eerste avond in je nieuwe kamer en dan heb je eigenlijk niets in huis maar dat is oke want het is een bijzondere dag en je hebt je televisie. En aan gaat-ie, en er is nu niets op de tv en straks ook niet, maar dat geeft niet, want ook het niets is mooi als het van jezelf is.