Drenthe
Ik was een paar dagen in Drenthe en hoefde er niets te doen. Toch doe ik dat dan liever wel, ik ben tenslotte niet iedere dag in mijn geboorteprovincie, dus trok ik er per auto op uit. De weg op dus, op weg naar nergens, of naar overal. Maar waar begint die weg?
In Stuifzand, leek mij.
Daar ging ik. Radio Drenthe aan, een flesje water mee: niemand zou me iets maken. Van Stuifzand, waar ik ooit nog een stukje van de avondvierdaagse liep, en de paar boerderijen van Zwartschaap kon ik naar Drijber of Tiendeveen. Ik koos Tiendeveen, pakte er driekwart van de rotonde om even later weer rechtsaf te slaan: daar doemde Nieuw Balinge op.
Tijdens het rijden bleek dat Radio Drenthe een stelling van de dag had, en die luidde ‘Er is niks mis met een vette hap in de sportkantine’. Een nogal randstedelijk probleem, dacht ik, en dat bleek ook uit de voorlopige uitslag: driekwart van de respondenten was het met de stelling eens, er kon nog gebeld worden.
In Nieuw Balinge stond het hek naar de sportvelden open en moest ik meteen denken aan de kantinejuffrouw van dienst: doet ze aan kroketten en frikandellen of staat er een gezond alternatief op de kaart? Ik had even kunnen stoppen en de proef op de som kunnen nemen, maar de auto zat net goed en op de radio speelde Supertramp.
Verder dus, het dorp door en dan linksaf, langs het kanaal naar de volgende mijlpaal in deze reis naar nergens: Witteveen. Vlak voor bebouwde kom stond een bord in de berm om te iedere passant te laten weten dat Witteveen de winnaar was van de Dorpsvernieuwingsprijs 2017.
De Dorpsvernieuwingsprijs 2017.
Dat riep vragen op.
Wat is een Dorpsvernieuwingsprijs? Waarom won Witteveen? Waarom wilde Witteveen vernieuwen? Wat zou er vernieuwd zijn?
Stof tot nadenken.
Na Witteveen volgde het museumdorp Orvelte, wat er nog net zo bij leek te liggen als de laatste keer dat ik er was, tijdens een excursie met groep 6 van de Montessorischool. Ik maakte er destijds kennis met het fenomeen zoethout, tegenwoordig drink ik er weleens thee van. Wat was er tijdens het passeren te zien in Orvelte: twee grote parkeerplaatsen (drie euro voor een dag), een koets, de Brink in de verte. Het was er grijs en er liep geen mens op straat.
In Zwiggelte wel, daar was een stel werklui bezig om glasvezelkabels aan te leggen. Ja, ook Zwiggelte vernieuwt, en volgens de borden was het dorp daar maar wat trots op. Ondertussen zocht ik naar een passende bestemming van mijn reis.
Was dat Hooghalen? Nee. Was het Kamp Westerbork en de nabijgelegen sterrenwacht? Ook niet. Grolloo dan? Nee, het lag er precies tussenin.
Amen.
Amen bestaat uit twee straten: de Weg naar Amen en de Amerweg. Daaraan: Camping het Amerveld, Imkervakhandel Het Ielgat en Café de Amer, ‘s maandags gesloten. Verder is er niets. Amen had ooit een school, gebouwd in 1819, maar bij gebrek aan leerlingen is die school in 1853 alweer afgebroken. Het lot van een Drentse nederzetting.
Amen.
De zon brak voorzichtig door, op de radio won iemand een quiz, en ik ging de A28 tegemoet. Door mijn achtertuin naar huis.